De eigenwijze kikker
JUBILEUM: Tien jaar springlevend aanwezig onderwijs
In 2015 verscheen mijn boek ‘De eigenwijze kikker — Het geheim van lesgeven en opvoeden’, uitgegeven bij Paris Books, onder begeleiding van auteur en uitgever Geert Kimpen. Nu, tien jaar later, vieren we een bijzonder jubileum. In dit interview praat Geert met mij over het belang van ‘leren aanwezig zijn’, de kern van goed lesgeven en opvoeden. Want echte aanwezigheid verandert niet alleen het gedrag en de leerresultaten van leerlingen, maar opent ook nieuwe deuren om allerlei uitdagingen binnen onderwijs beter te benaderen. Dit boek biedt inspiratie aan docenten, opvoeders, directies en iedereen die met onderwijs bezig is.
In het boek vind je:
* Real-life casussen uit de onderwijspraktijk.
* Praktische oefeningen (‘kikkersprongen’) om jezelf en je leerlingen energetisch te versterken.
* Verwijzingen naar systemische onderwijsopstellingen.
* Gebruik van het ZIJNswiel als transformerende tool.
Bekijk de video of lees het integrale interview hieronder.
Spring mee in dit openhartige gesprek waarin Hilde Van Bulck laat zien hoe één eigenwijze kikker na tien jaar nog altijd vonken geeft in het onderwijs. Met niets meer dan een bewuste ademhaling en een dappere sprong nodigt ze leerkrachten en ouders uit om leren opnieuw te laten bruisen. Durf jij ook te landen in het hier-en-nu? Klik op play en adem even mee of lees het hieronder.
Geert: Ik zit hier met Hilde van Bulck, de schrijfster van De Eigenwijze Kikker. En dat is één van de allereerste boeken die wij hebben uitgebracht bij Paris Books. En dit is een everseller, een boek dat na 10 jaar nog steeds heel veel fans weet te maken en nog heel veel gelezen wordt. En om dat 10-jarig jubileum te vieren, heb ik een gesprekje met Hilde. Welkom!
Hilde: Dankjewel.
Geert: Hilde, dit boek gaat over opvoeden. En aan de titel af te leiden, is het een pleidooi voor ‘eigenwijsheid’.
Hilde: Dat is absoluut zo. En dat begint eigenlijk al bij de cover, hè. Zoals je ziet, ziet het eruit als een kinderboek, waardoor volwassenen gaan zeggen: ‘Ah, maar dat is geen boek voor mij.’ Maar dat is eigenlijk een radicale vergissing. En daarin zit de eigenwijsheid al, want het boek is bestemd voor volwassenen. En zij kunnen het dan doorgeven aan de kinderen.
Geert: Mooi.
Hilde: En daar zit de eigenwijsheid al in. En verder gaat de eigenwijsheid verder op twee verschillende niveaus. Je hebt enerzijds de eigen wijsheid, dat is wanneer je je innerlijke wijsheid gaat volgen. De kikker in het boek bijvoorbeeld, die volgt zijn eigen pad, zijn innerlijke stem. Die volgt zijn eigen gevoel en die is ook bereid om systemen in vraag te stellen. En die eigen wijsheid, die bron daarvan, die bezitten wij allemaal. Die bezitten zowel de leerlingen, de kinderen, als de volwassenen, de ouders en de leerkrachten.
Geert: Ja.
Hilde: En een tweede niveau van ‘eigenwijs’ zijn, is het ‘eigenwijs zijn’. Je hebt een portie eigenwijs zijn nodig om je eigen wijsheid in de wereld te zetten. Maar eigen wijsheid, eigenwijs zijn, is tegelijkertijd kwetsbaar en heel krachtig. En belangrijk voor die kinderen die het wat moeilijk hebben in de school, opdat die de kans zouden krijgen om hun eigen pad te volgen, hun eigen manier van leren, hun eigen manier van iets waarnemen, enzovoort. Dus dat zit hier op twee niveaus. En het gaat niet over de eigen wijsheid van ‘ik ga eens tegenwerken’ ofzo. Integendeel. Het gaat erover om niet tegen de stroom in te gaan, maar je eigen unieke stroom te vinden. En dat zowel bij de kinderen als bij de volwassenen. Maar ik richt mij met dat boek in eerste instantie tot de volwassenen, opdat zij het zouden kunnen doorgeven aan de kinderen.
Het gaat erom om je eigen unieke stroom te vinden.
Geert: Mooi. Ja, je bent natuurlijk een heel idealistische opvoedster, met eeuwenlange ervaring, zou ik bijna zeggen, in het onderwijs.
Hilde: Ik denk dat het waar is, die eeuwenlange ervaring.
Geert: Maar desondanks, in deze tijd zijn er heel veel kinderen en jongeren die uitvallen, die niet meer naar school willen. Na de coronaperiode zijn ook heel veel kinderen in een isolement terechtgekomen. Heb jij er oplossingen voor, zowel voor de ouders als voor de kinderen en de jongeren die het gewoon niet meer redden in het onderwijs?
Hilde: Ik zou eerst terug willen verwijzen naar de volwassenen, want kijk eens naar wat er in de scholen gebeurt. Het zijn niet alleen de leerlingen die uitvallen, het zijn ook directies die uitvallen, leerkrachten die uitvallen. En dat is een enorm groot probleem. Nu, ik geloof niet in dé oplossing. Maar waar ik wel in geloof, is dat als we op een andere manier gaan kijken, dat er een beweging wordt gecreëerd. En daar waar een beweging is, daar verandert er al iets. We verlangen dikwijls voor die kinderen, die dan zogezegd uitvallen, instant oplossingen. Maar zij zijn geen koffie. Ze zijn geen instantkoffie. Dus het is eigenlijk een bewustzijnsproces dat er nodig is. En bewustzijnsprocessen gaan stap voor stap. Maar als we anders gaan kijken, dan komt dat bewustwordingsproces al in beweging. Dus dat is al heel belangrijk om te weten.
Aan de andere kant zou ik ook willen zeggen: de kinderen vallen niet uit. Dat wil ik eigenlijk heel duidelijk zeggen. Ze vallen niet uit. Ze worden eruit geduwd.
Geert: Uit het onderwijs?
Hilde: Ja, ze worden eruit geduwd.
Hilde: Hetzelfde gebeurt dus ook weer met de volwassenen. Dus ik ga altijd deze parallel maken. Omdat het systeem niet aansluit bij wat de kinderen diep van binnen nodig hebben. En ik durf zelfs zeggen: op zielsniveau nodig hebben. Ja. Dus er is zo weinig ruimte, ademruimte, bewegingsruimte. En vele kinderen hebben het gevoel dat ze in een keurslijf zitten. Geef nu zelf toe: als jij in een keurslijf zou zitten, heb je dan behoefte om te leren? Nee, dan heb je behoefte om uit dat keurslijf te stappen. En dus gaan de leerlingen, door de school eigenlijk, eruit geduwd worden, omdat men het systeem niet afstemt op de leerling, maar verwacht dat de leerling zich afstemt op het systeem. En dat is een verouderde denkwijze. Die heeft misschien ooit gewerkt, maar nu werkt hij niet meer.
Hoe ga je de connectie met je natuurlijke zijn behouden als je de hele dag in een lokaal zit?
Een andere zaak is dat scholen veel aandacht besteden aan het cognitieve. En daar is op zich ook niets mis mee. Maar wat met al de rest? Wat gebeurt er? Waar is de aandacht voor het lichaam? Waar is de aandacht voor de gevoelswereld? Waar is de aandacht voor de intuïtie? Voor beweging? Voor de connectie met de natuur? Hoe ga je connectie met je natuurlijke zijn behouden als je de hele dag in een lokaal zit? Dat is onmogelijk. En ook, last but not least, want daar wil ik toch eigenlijk altijd naartoe: waar is de ruimte voor het energetische en spirituele bewustzijn bij de kinderen? Want die kinderen zijn daar enorm toegankelijk voor en zijn daarmee in contact. En die ruimte, die merk ik niet in een school.
Geert: Nee, nee. Maar toch, voorlopig is het systeem zoals het systeem is. En vallen er kinderen uit. Mijn eigen dochter is iemand die helemaal stukgelopen is in het onderwijs. Een heel eigenzinnig kind. Wat kunnen we doen met die kinderen? Je hebt hier prachtige poppetjes staan. Ik neem aan dat één van jouw tools is?
Hilde: Ja. Ik ga zo dadelijk iets over de poppetjes tonen. Maar ik wil ook zeggen, in eerste instantie nog over het boek, dat het boek uitnodigt, in het kader van oplossingen dan, om veel meer aanwezig te gaan zijn bij jezelf. En daar heb ik een tool voor ontwikkeld. Dat is het Zijnswiel. Het Zijnswiel, dat is eigenlijk een kompas voor de leerkrachten, voor de volwassenen, voor de ouders, om te leren meer aanwezig te zijn in wie ze zijn. Het bestaat uit acht assen. En als men daarop oefent, dan komt men vrij van het louter cognitieve en komt men in contact met het grotere veld van zichzelf. Dus die bron van innerlijke wijsheid die wordt aangesproken. En als leerkrachten dat hebben geïntegreerd en zij brengen dat in de klas, dan gaan leerlingen zo met hen meegaan. Maar let op, daar zit een valkuil in. Want als ze denken: ‘Ah, ik zal die kennis, de kennis van dat zijnswiel, een keer eigen maken, en dan gaat dat ook wel werken in de klas.’ Dat is niet zo. Want de leerlingen hebben enorm fijne antennetjes. En ze voelen onmiddellijk of dat het kennis is voor jou, of dat het iets is dat doorleefd is.
Geert: Ja.
Hilde: En als het niet doorleefd is, dan gaan ze het niet aanvaarden. Ze gaan het wegduwen. Ja. Dus dat aanwezig zijn, dat is één pilaar, zou ik maar zeggen, van hoe ik het zou aanpakken. En de andere manier om naar die problemen te kijken, dat zijn systemische onderwijsopstellingen.
Kinderen zijn de fijnst afgestemde barometers die je je kunt voorstellen. Ze detecteren elke wolk, elke regendruppel, elke storm, elke hoog- of lagedrukgebied in de emotionele weersgesteldheid van hun leerkrachten, als individu én als team.
Zoals ik al heb gezegd, die kinderen die hebben zeer fijne antennes en die nemen altijd waar of er bij volwassenen iets in evenwicht is of niet in evenwicht is. Of er in het systeem iets in evenwicht is of uit balans is. Zij nemen dat feilloos waar. En zij lopen dus eigenlijk rond met rugzakjes van onvertelde verhalen uit hun eigen familiesysteem, maar ook met rugzakjes van onvertelde verhalen uit de geschiedenis van de school. Maar daar staan scholen niet bij stil. Die rugzakjes brengen zij mee naar de school. En als zij vervelend gedrag gaan vertonen, of gaan spijbelen, niet meer naar school willen komen, ziek worden, enzovoort, dan is dat eigenlijk een signaal voor het ganse systeem. Want in wezen zijn die kinderen niet lastig of echt ziek. Zij willen gewoon een boodschap brengen. Maar dat is op een onbewust niveau. Zij kunnen niet — als je gaat vragen aan die kinderen: ‘Waarom doe jij nu zo?’ of ‘Hoe komt het dat je ziek bent?’ — dan gaan zij er geen antwoord kunnen op geven. Maar dat heeft te maken met onderliggende dynamieken van het familiesysteem enerzijds en van het schoolsysteem anderzijds. En scholen kijken daar niet naar. Ze gaan kijken naar de oppervlakte, maar met systemische opstellingen gaan wij kijken onder de oppervlakte, gaan wij zien wat er werkelijk speelt. En ik zou hier graag met die poppetjes een voorbeeld geven?
Geert: Graag.
Leerlingen en leerkrachten lopen rond met rugzakjes vol onvertelde verhalen van de school.
Hilde: Ik heb het al een klein beetje klaargezet, maar nog niet helemaal. Als we zo’n onderwijsopstelling doen, was er een leerkracht uit het vijfde secundair. Ze had al jarenlang geen enkel probleem met tucht ofzo. Het ging allemaal vanzelf. En op een bepaald moment heeft ze in het vijfde jaar een klas waar ze niets mee kan aanvangen. Waar één leerling is die haar ontzettend triggert, waar ze niet mee om kan, en waar de andere leerlingen haar regelmatig uitlachen. Dus die vrouw, die toch al een zekere leeftijd had, was een beetje in shock dat dat nu ineens zo gebeurde. En ze wou onderzoeken hoe dat dat komt. Want volwassenen doorlopen dezelfde processen als de kinderen. Dat vergeten ze dikwijls. Dus wat hebben we dan opgesteld? Dus hier zie je allemaal poppetjes. Dat zijn vertegenwoordigers eigenlijk van de leerlingen. Dat zijn niet alle leerlingen, maar één poppetje stelt zo verschillende leerlingen voor. Nu, in werkelijkheid doe ik dat live, niet met poppetjes. Dat is mogelijk, maar ik doe dat live met een aantal mensen die zich daarrond verzameld hebben. Dus dat is haar klasgroep. Dat is de leerkracht die de vraag heeft. En dit is de leerling waar ze zo’n probleem mee heeft. Daar staan oogjes op. Kun je misschien wel zien? Dat is de kijkrichting. En ik vraag haar om die leerling te plaatsen in de klas, zoals zij het ziet. En dat doet ze intuïtief. Men beredeneert dat wel, maar die beredenering, die werkt niet. Dat gaat gewoon intuïtief gebeuren. En ze plaatst haar met haar kijkrichting naar dáár. Terwijl alle andere leerlingen met de kijkrichting naar dáár staan. En dan vraag ik: ‘Oké, dat is goed. En plaats nu eens jezelf.’ Je ziet hier de oogjes weer. En zij plaatst zichzelf met de rug naar de klas.
Geert: Lijkt me niet zo gezond.
Hilde: Hè. Jij reageert onmiddellijk. Je weet al onmiddellijk: hier is iets aan de hand. Maar die leerkracht, ze weet ook wel dat er iets aan de hand is, maar ze kan er de vinger niet op leggen. Ze kan niet door het te gaan beredeneren, zeggen: ‘Ah, dat is het probleem en zo moet het opgelost worden.’ En wat hebben we dan in de opstelling gezien? Dat zij — kijk ook hier naar diezelfde kleur — zij en die leerling alle twee hetzelfde doen. Die leerling kijkt weg uit de klas, ze wil geen les volgen. Maar zij wil geen les geven. Zie je dat? Die leerling is afwezig uit het groepsgebeuren en is eigenlijk met de blik gericht op thema’s die in het familiesysteem spelen. Maar de leerkracht, in dit geval, heeft ook thema’s die in het familiesysteem spelen. En dat is een heel belangrijk inzicht. Als er thema’s spelen die in het familiesysteem niet zijn verwerkt, niet emotioneel opgelost zijn, dan kan een kind zich niet focussen op leerstof. Ik ga een concreter voorbeeld geven dat voor veel mensen wel herkenbaar is. Stel dat één van de ouders of broers of zussen of een ander familielid niet levenslustig is, geen zin meer heeft, alles maar zwaar en moeilijk vindt, en eigenlijk geen levensenergie meer heeft, dan gaat het kind dat op een onbewust niveau waarnemen. Het gaat dus op een onbewust niveau — ja, ik moet dat er altijd bij zeggen dat het onbewust is — maar vanuit heel veel liefde zorgen voor dat familielid. En als hij dan naar de school moet gaan, dan zegt hij: ‘Leerstof? Stof? Neen, het leven gaat voor.’ Als het leven ergens een verstoring heeft, dan kun je niet gaan leren. En eens de leerkrachten of scholen dat begrijpen en aandacht kunnen geven aan het leefproces, dan zul je zien dat ze de leerlingen terug meekrijgen. En heel snel. Dat hoeft geen maanden te duren. Ze hoeven daar geen maanden voor in therapie te gaan. Door die aanwezigheid bij jezelf te leren, zoals beschreven in De Eigenwijze Kikker, met het Zijnswiel. Dus door die aanwezigheid te verankeren, kun je het ook aanleren aan de leerlingen. Zij gaan in staat zijn, ook als er iets moeilijk is thuis, op andere momenten toch ook aanwezig te zijn in wat men het ‘hier en nu’ noemt, hè, in de plek waar ze dan zijn, in de school bijvoorbeeld.
Geert: Ja.
Als het leven ergens een verstoring vertoont, dan kan men niet leren.
Hilde: Dus het leven komt altijd eerst. Als het niet zo is, dan gaat de leerling zich — de volwassene ook, dus de leerkracht ook, — gaat zich wegkeren van de job of van het leerproces.
Geert: Mooi. En ook mooi te horen dat het relatief eenvoudig en snel opgelost kan worden.
Hilde: Ja, als je bereid bent om de blik naar binnen te brengen en eigenlijk naar je ruimer energieveld gaat kijken. Dus naar je innerlijke bron. Ja, ik doe mijn ogen al toe, want ik voel die innerlijke bron zijn werk ook wel doen. De kinderen kunnen er ook heel gemakkelijk contact mee maken, maar niet als ze daarop beoordeeld worden, niet als ze daarin afgewezen worden. Dus het is belangrijk om een eigenwijze leerkracht te zijn die dat soort zaken in een school durft neerzetten, eerst, en daar eerst aandacht aan besteedt, én daar de leerlingen meeneemt. En je krijgt ook je leerlingen mee. Dat garandeer ik je. Want ik heb dat zelf allemaal zelf meegemaakt. Ik heb dat niet verzonnen. Ik heb dat, dat is zelf ontstaan in mijn eigen klassen. En dat heb ik dan uitgewerkt in dat boek.
Geert: Ja, mooi.
Hilde: Dan heb ik gezien dat het gedrag verandert en het resultaat verandert ook.
Hilde: Ik wil nog één ding zeggen over die systemische kijk. Als zo’n leerling zo’n gedrag vertoont, of ander gedrag, dat kan allerlei vormen aannemen, dan werkt die leerling niet alleen voor zichzelf. Die geeft een signaal over zichzelf. Die zegt tegen de school: ‘Het gaat niet goed met mij.’ Die zegt tegen de school nog iets anders. Namelijk: ‘In de klas zit er nog een andere leerling waar het nóg slechter mee gaat(dan met mij), en die niet gezien wordt. Maar die gaat niet tamboeren. Zal ik tamboeren in de plaats?’
Geert: Oké.
Hilde: En hij zegt nog iets anders. Hij zegt ook: ‘Ook in de school is er een onbalans op een bepaald niveau. Ofwel bij de leerkrachten, ofwel bij het leerkrachtenteam, of bij de directie, of het schoolsysteem.’ Dus hij gaat meer dan één signaal geven. En dan nog niet te vergeten wat er in de maatschappij nu allemaal gebeurt. Dat wordt ook uitgewerkt in de scholen, zowel bij de volwassenen als bij de kinderen. Het is echt geen kinderboek. Het is een boek voor de volwassenen om die dingen te leren eigen te maken. Een andere uitstraling te krijgen, een uitstraling van leven en het van daaruit leren in gang te zetten.
Geert: Mooi en heel belangrijk. Ik denk dat onze kinderen in het onderwijs ontzettend gebaat zijn met dit boek tot zich te nemen, want het blijven toch witte raven in het onderwijs, die talenten hebben om zo zorgvuldig en liefdevol met kinderen om te gaan. Jouw boek heeft al heel veel harten geraakt, heel veel in beweging gebracht op die 10 jaar. Wat is de mooiste reactie die je je herinnert?
Ik zie voor het eerst dat mijn zoon geen probleemkind is, maar dat hij iets toont wat ik zelf vergeten was.
Hilde: Ja, ik vind het moeilijk om er één reactie uit te pikken, want er zijn al heel veel mooie reacties geweest, zowel mondeling naar mij toe als via mail, enzovoort. Wat mij veel plezier doet, is dat er leerkrachten zijn die met de oefeningen uit het boek aan de slag gaan, die een opleiding daarin hebben gevolgd ook, of die zelf didactisch materiaal maken om met de kinderen aan de slag te gaan. Want ik spreek in het begin over een kikker van daadkracht en een kikker van het hart. En dan maken ze materiaal om te gaan springen in de klas als kikkers met daadkracht en met het hart. Daadkracht heb je nodig om je les te willen leren. Maar het hart heb je ook nodig om te kunnen leren of lesgeven.
Iets anders wat mij zeker ook geraakt heeft, dat zijn die mensen die aan de slag gaan met het Zijnswiel. Er is zelfs een directeur die het Zijnswiel heeft laten uitvergroten, het in een kader heeft gehangen en dan aan een muur in zijn bureau, om — en hij zei dat het was om altijd herinnerd te blijven aan goed aanwezig blijven, want daardoor had hij een ander contact met zijn personeel. Dus het veld van dat boek, dat leeft dan veel verder. Dat doet mij wel veel deugd.
En dan iets heel intiems ook, vind ik: een vader die mij heeft gezegd: ‘Ik zie voor het eerst dat mijn zoon geen probleemkind is, maar dat hij iets toont wat ik zelf vergeten was.’ Hoe belangrijk is dat? Om je kind niet als een probleemkind te zien, maar als een kind te zien. Het kind gaat zich direct anders gedragen. Ja, dus dat is een kleine greep uit de reacties die ik ooit heb gehad.
Geert: Ja, prachtig. Hilde, wij zijn heel trots dat wij dit boek hebben uitgegeven en trots dat jij dat nog steeds met zoveel verve in deze wereld brengt. We zijn al aan de vierde druk toe van dit boek. En ik weet zeker dat de komende 10 jaar er minstens nog vier nieuwe drukken gaan aankomen.
Hilde: Daar gaan we voor.
Geert: Dames en heren, dit is een aanrader: De Eigenwijze Kikker van Hilde Van Bulck.
Hilde Van Bulck
Meer info over mijn werk en aanbod: www.hildevanbulck.com
Hilde is een zielsgedreven trainer in systemisch en energetisch werk met jaren ervaring in het onderwijs, opstellingenwerk en aanwezigheidsbewustzijn. Ze helpt leiders en hun teams om probleemsituaties om te zetten in groeikansen. Ze geeft opleidingen, ondersteunt trajecten, begeleidt mensen in hun persoonlijke en professionele ontwikkeling en schrijft over de rijkdom van het leven, inclusief haar paradoxen.
De eigenwijze kikker bestellen?
PAPERBACK
Standaard boekhandel
Bol.com
Acco
E-BOOK
Standaard boekhandel
bol.com